Beroepsbevolking
De Nijmeegse beroepsbevolking telt ongeveer 113.000 mensen. Daaronder zijn er heel veel met een hoog opleidingsniveau. Juist de laagopgeleiden hebben het moeilijk op de arbeidsmarkt.
Ruim 7 van de 10 Nijmegenaren tussen 15 en 75 hebben betaald werk
Op 1 jan 2023 telde de gemeente Nijmegen 182.000 inwoners. Van hen waren er 144.000 tussen de 15 en 75 jaar oud en horen daarmee tot de "potentiële beroepsbevolking".
Figuur: (niet-)beroepsbevolking in Nijmegen 2023, bron CBS, bewerking O&S gemeente Nijmegen
Deberoepsbevolking, de personen van 15 tot 75 jaar die betaald werk hebben of hier recent naar gezocht hebben en direct beschikbaar zijn bestaat uit ongeveer 109.000 personen. Daarvan is het overgrote deel werkzaam (in deel- of voltijd): 104.000 mensen. 4.000 a 5.000 mensen uit de beroepsbevolking heeft geen betaald werk en zijn werkloos.
De bruto arbeidsmarktparticipatie (totale beroepsbevolking als % 15-75) is in Nijmegen in 2023 75%, de netto arbeidsmarktparticipatie (werkzame beroepsbevolking als % 15-75) is 72%.
Meer dan 110.000 mensen in beroepsbevolking in 2024
De beroepsbevolking in Nijmegen stijgt al jaren. In 2013 was de beroepsbevolking 97.000 mensen groot. Dat aantal is toegenomen tot 109.000 in 2023 en zelfs 113.000 in 2024. In 11 jaar een toename met 16.000 mensen.
Deze groei is niet alleen het gevolg van het feit dat er sowieso meer mensen in Nijmegen wonen, maar ook van het gegeven dat een groter deel van de bevolking tussen 15 en 75 "actief" is op de arbeidsmarkt. Dit percentage steeg tussen 2013 en 2024 van 67% naar 73%.
Onder degenen die buiten de beroepsbevolking vallen nemen de 65 tot 74-jarigen een belangrijk aandeel in: veel van hen hebben niet meer de bedoeling of wens te werken. 65-minners die niet tot de beroepsbevolking horen zijn bijvoorbeeld mensen die fulltime een opleiding volgen, arbeidsongeschikt zijn of huisman/vrouw zijn.
Figuur: Potentiele beroepsbevolking (*1000) 15-74 jaar in Nijmegen. Bron: CBS.
Een klein deel van de beroepsbevolking, 4%, zo'n 4.000-5.000 mensen, is werkloos. 10 jaar geleden lag het werkloosheidspercentage veel hoger, bedroeg bijna 10%. Vooral in de jaren 2013-2018 is het werkloosheidspercentage sterk gedaald.
De Nijmeegse beroepsbevolking is wat jonger dan gemiddeld in Nederland, maar het opvallendste kenmerk is het hoge opleidingsniveau: in Nijmegen is bijna 60% van de beroepsbevolking hoog opgeleid (HBO of WO) terwijl voor Nederland als geheel voor ruim 40% geldt.
Deels is dit te verklaren door de opleidingsfunctie die Nijmegen heeft: veel mensen ronden hier een hogere opleiding af. Ook in de andere kennissteden zie je dat het aandeel jongeren en hoger opgeleiden binnen de beroepsbevolking bovengemiddeld is. Maar zelfs in vergelijking tot die steden steekt het Nijmeegse aandeel hoog opgeleiden af.
Figuur: Beroepsbevolking naar leeftijd en opleidingsniveau, 2024. Bron: CBS.
Kijk je naar de ontwikkeling de laatste 10 jaar dan is te zien dat de groei van de beroepsbevolking meer dan volledig is toe te schrijven aan een toename van hoogopgeleiden (HBO of universiteit): deze groep nam met ongeveer een derde toe. Tegelijkertijd daalde het aantal mensen zonder startkwalificatie voor de arbeidsmarkt (basisonderwijs, VMBO, havo/vwo niet of gemaakt, MBO-1) De ontwikkeling in Nederland laat hetzelfde patroon zien, maar daar is de groei van het aantal hoogopgeleiden nog sterker.
Figuur: Procentuele toe- en afname beroepsbevolking per deelgroep, tussen 2013 en 2024. Bron: CBS.
Na eenmalige stijging in 2020 weer lage werkloosheidscijfers
Het werkloosheidspercentage wordt bepaald door het aantal mensen op zoek naar werk te delen door de totale beroepsbevolking.
Figuur: Werkloosheidspercentage Nijmegen, kennissteden en Nederland. Bron: CBS.
De ontwikkeling van het (door het CBS geschatte) werkloosheidspercentage in Nijmegen, de kennissteden en Nederland vertoont grote overeenkomsten: na een hoogtepunt in 2013 (crisisjaren) zakte het werkloosheidspercentage sinds 2014 gestaag. In 2020 was op alle geografische niveau's een kleine stijging te zien, onder invloed van de coronacrisis. Maar in 2021 en 2022 zakt het werkloosheidspercentage verder, naar het laagste cijfer in jaren. De laatste jaren is het werkloosheidspercentage redelijk stabiel.
Het werkloosheidspercentage in Nijmegen ligt door de jaren heen steeds 0,5 tot 1,5% boven het landelijk gemiddelde en is nagenoeg gelijk aan het cijfer in de kennissteden.
Werkloosheid naar opleiding en leeftijd: Nijmeegse laagopgeleiden vaak werkloos
Omdat de werkloosheidsgegevens van het CBS gebaseerd zijn op een steekproefonderzoek moet je, zeker naarmate je gegevens op lagere geografische niveaus (zoals voor Nijmegen) en voor deelgroepen (naar leeftijd of opleiding) gebruikt, rekening houden met steeds grotere marges. De hierna volgende gegevens over werkloosheid naar leeftijd en opleiding zijn indicaties, geen exacte weergave van de werkelijkheid.
Opleidingsniveau is een belangrijke indicator voor kansen op de arbeidsmarkt. Zoals in de figuur te zien is, is werkloosheid onder mensen zonder startkwalificatie (geen diploma minstens op MBO-2 of havo-niveau) drie keer hoger dan bij mensen met een HBO- of WO-opleiding. In Nijmegen is zo'n 3% van de hoog opgeleide beroepsbevolking werkloos, tegen 9% van de beroepsbevolking zonder startkwalificatie.
Het patroon dat mensen zonder startkwalificatie een hogere werkloosheidskans lopen doet zich in heel Nederland voor. Echter, in de kennissteden, en zeker in Nijmegen is dit effect veel sterker dan gemiddeld.
Figuur: Werkloosheidspercentage naar opleiding, 2024. Bron: CBS.
De positie van jongeren op de arbeidsmarkt is altijd kwetsbaar en zeer gevoelig voor conjuncturele schommelingen. Zij staan aan het begin van hun carrière en moeten vaak nog een baan vinden. In tijden waarin het economisch minder goed gaat komen zijn als eerste in problemen. Landelijk zie je dan ook dat het cijfer voor jeugdwerkloosheid meestal ruim boven het algemene werkloosheidscijfer ligt. De toename van de werkloosheid in 2020 is ook voor een belangrijk deel terechtgekomen bij de jongeren. Maar ook nu de werkloosheidscijfers flink gezakt zijn is de werkloosheid onder jongeren nog steeds veel hoger dan onder de iets ouderen en ouderen.
Figuur: Werkloosheidspercentage naar leeftijd, 2024. Bron: CBS.
De verhoudingen in Nijmegen en de andere kennissteden lijken sterk op die in Nederland als geheel.
Onbenut arbeidspotentieel
De afgelopen jaren is er sprake geweest van grote krapte op de arbeidsmarkt: voor veel bedrijven en instellingen is het moeilijk aan personeel te komen. Daarom is het relevant breed in de bevolking te kijken waar nog arbeidspotentieel is dat "onbenut" is. Buiten de voor de hand liggende groep werklozen (4.000-5.000 mensen) kun je daarbij ook aan andere categorieën denken, bij elkaar zo'n 10.000 mensen:
- mensen die op dit moment in deeltijd werken maar wel meer uren zouden willen werken, bij elkaar zo'n 7.000 mensen
- mensen die wel kunnen werken, maar niet recent gezocht hebben naar werk (2.000 mensen)
- mensen die wel op zoek zijn naar een baan, maar (tijdelijk) nog niet direct aan het werk kunnen (1.000 mensen.
Zeker niet al iedereen uit deze "potentiële" arbeidskrachten zal ook werkelijk ingezet kunnen worden. Allerlei praktische problemen kunnen dat in de weg staan. Zo kan bijvoorbeeld iemand die deeltijd in de kinderopvang werkt best ook op vrijdag willen werken, maar op die dag is er weinig vraag naar opvangmedewerkers.
Figuur Onbenut arbeidspotentieel 2023, bron: CBS, bewerking O&S gemeente Nijmegen
Het totale onbenut arbeidspotentieel is gedaald van 20% van de bevolking tussen 15 en 75 in 2013 naar 10% in 2023. Deze ontwikkeling is ook in Nederland als geheel te zien.